NEDERLAND - Eigenlijk heette hij Martinus, een zoon van een rijke koopman, maar werd bekend als Sint Martinus. Zijn ouders waren Romeinen en hij was soldaat in het leger van de Romeinse keizer. Op een zeer koude dag in de winter toen hij met een groepje soldaten op zijn paard richtig huis reed, zag Martinus een arme man zonder jas in de sneeuw zitten. De man droeg geen schoenen, had het erg koud en bedelde om geld. Martinus kon zijn ogen er niet voor sluiten, maar hij had geen geld voor de man. Hij stapte van zijn paard af en sneed met zijn zwaard zijn eigen mantel doormidden en gaf de arme man een helft tegen de kou. Pas daarna vervolgde Martinus zijn weg naar huis. Martinus overleed op 8 november 397 en werd op 11 november begraven.


In vroeger dagen vierden men op 11 november de winterfeesten. Op die dag werd er nog flink gegeten en gedronken , maar met het begin van de vaak strenge winters moest men zuinig zijn met brandstof en voedsel. Om het voor deze mensen wat gemakkelijker te maken, mochten de arme mensen met Sint Maarten, (maar ook met Sinterklaas, Kerstmis, Nieuwjaar en Driekoningen) langs de deur gaan. Ze zongen dan een liedje waarvoor ze geld, voedsel of brandstof kregen.

Zo zorgden de mensen voor elkaar.... en daarom vieren wij op 11 november nog altijd Sint Maarten, het feest van het licht!

Het feest is een echt 'lichtfeest' voor kinderen tijdens de donkere herfstavond. De traditie is dat kinderen zelf een lantaarntje (lampion) maken van papier, karton, een uitgeholde suikerbiet of pompoen met een kaarsje erin. Hiermee gaan ze 's avonds als het donker is in optocht langs de huizen. Aan de deur zingt men de bekende Sint Maarten-liedjes. In ruil hiervoor krijgen ze een kleine attentie. Tegenwoordig bestaan de traktaties uit wat snoep, fruit of een centje.

In Nederland komt de viering voor in delen van het land. In Utrecht is een sint-maartensberaad opgericht om Utrecht als sint-maartenstad te promoten. Niet in iedere streek lijkt de traditie echter even sterk te leven. In Limburg, Noord-Holland, met name in West-Friesland en Kennemerland en in Groningen werd eind jaren '90 vastgesteld, dat in deze provincies de sint-maartensviering nog steeds actueel was. In de provincies Friesland, Drenthe en Noord-Brabant bleek een vermeerdering van vieringen te zijn waargenomen. In mindere mate wordt Sint-Maarten gevierd in Zuid-Holland en Zeeland en in delen van Overijssel, Flevoland en Gelderland. Toch neemt ook daar de animo de laatste jaren weer toe.

In Amsterdam werd het feest eeuwenlang niet meer gevierd, tot het in de laatste decennia van de 20e eeuw in de buitenwijken opdook onder invloed van omliggende gemeenten. In de jaren '90 dook het feest weer op in het centrum zoals de Amsterdamse grachten. Inmiddels is het sint-maartenlopen in vrijwel geheel Amsterdam een levende traditie.

Bron: Wikipedia